- Startersaftrek verlaagt je belastbare inkomen als beginnend ondernemer, samen met zelfstandigenaftrek, wat je netto meer geld oplevert na belastingaangifte.
- In 2025 blijft de startersaftrek € 2.123, terwijl de totale ondernemersaftrek, inclusief zelfstandigenaftrek, € 4.593 bedraagt. In 2026 blijft de startersaftrek € 2.123 en daalt de zelfstandigenaftrek naar € 1.200, waardoor de totale ondernemersaftrek € 3.323 bedraagt.
- Voor zzp’ers en andere natuurlijke personen geldt automatische toekenning van startersaftrek, mits voldaan wordt aan urencriterium, eerdere gebruikslimieten en recente fiscale geschiedenis.
Als je net begonnen bent met ondernemen, dan is elke euro die je níet hoeft af te dragen aan de Belastingdienst er één. De startersaftrek is precies zo’n meevaller. Deze aftrekpost verlaagt je belastbare winst, waardoor je als startende ondernemer of zzp’er minder inkomstenbelasting betaalt. Lekker begin toch?
In dit artikel leggen we je stap voor stap uit hoe de startersaftrek werkt, welke voorwaarden gelden, hoe hoog de aftrek is in 2025 en 2026 én hoe je voorkomt dat je fiscale voordelen laat liggen. We koppelen ’m ook aan de zelfstandigenaftrek, want de startersaftrek bouwt daarop voort. Wil je dus weten of jij recht hebt op deze aftrek en hoeveel voordeel je ermee pakt? Dan ben je hier op de juiste plek.
Wat is de startersaftrek?
De startersaftrek is een extra belastingvoordeel voor ondernemers die net beginnen. Zie het als een financiële opsteker waarmee de Belastingdienst zegt: “Welkom in de wereld van het ondernemen, hier heb je wat financiële wind mee.” Technisch gezien is dit een verhoging van de zelfstandigenaftrek en valt hij binnen de bredere categorie ondernemersaftrek.
De werking is simpel: je belastbare winst wordt lager, waardoor je uiteindelijk minder inkomstenbelasting betaalt. Je rekent dus niet: winst minus alleen zelfstandigenaftrek, maar winst minus zelfstandigenaftrek minus startersaftrek. Dat verschil voel je meteen in je portemonnee. Vooral in de eerste jaren, wanneer je inkomsten nog wat schommelen en je kosten relatief hoog liggen.
Wist je dat..?
De startersaftrek exclusief is voor natuurlijke personen, zoals eenmanszaken, vof’s en maatschappen? Een bv? Helaas pindakaas.
Voorwaarden voor de startersaftrek
De startersaftrek klinkt aantrekkelijk, maar je krijgt ’m niet zomaar in je schoot geworpen. De Belastingdienst wil natuurlijk wel zeker weten dat je écht een startende ondernemer bent en niet iemand die met aftrekposten schuift alsof het kortingscodes zijn. Voldoe je aan de onderstaande voorwaarden? Dan mag je ‘m toepassen.
Je hebt recht op zelfstandigenaftrek (urencriterium 1.225 uur)
Deze aftrek is een aanvulling op de zelfstandigenaftrek. Daarom moet je eerst aan het urencriterium voldoen: minimaal 1.225 uur per jaar besteden aan je onderneming. Denk aan werk voor klanten, acquisitie, administratie, social content maken, offertes schrijven, netwerken en zelfs studeren voor je vak. Het telt mee, zolang het maar echt ondernemersuren zijn.
Tip:
Houd je uren goed bij. Je hoeft niet elke minuut te noteren, maar een overzicht per week voorkomt gedoe als de Belastingdienst ooit wil meekijken.
Je was niet in alle 5 voorgaande jaren ondernemer voor de inkomstenbelasting
Ben je vijf jaar achter elkaar ondernemer geweest? Dan ziet de Belastingdienst je niet meer als ‘starter’. Je moet in de laatste vijf kalenderjaren minstens één jaar geen ondernemer voor de inkomstenbelasting zijn geweest.
Je hebt de startersaftrek maximaal twee keer gebruikt in de afgelopen 5 jaar
Je mag de startersaftrek maximaal drie keer toepassen in de eerste vijf jaar dat je ondernemer bent. Daarna is de (fiscale) taart op. Gebruik je hem voor de derde keer? Dan zit je meteen aan de max.
Je hebt de AOW-leeftijd op 1 januari nog niet bereikt
Bereik je de AOW-leeftijd in het belastingjaar? Dan heb je recht op 50 procent startersaftrek. De zelfstandigenaftrek halveert dan ook automatisch.
Bijzondere situatie: startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid
Ben je arbeidsongeschikt en start je (opnieuw) een onderneming? Dan zijn er aanvullende regels, en die zijn een stuk vriendelijker. Zo geldt een verlaagd urencriterium van 800 uur en mag je de arbeidsongeschiktheids-startersaftrek drie keer toepassen, in aflopende bedragen. De bedragen bij arbeidsongeschiktheid in 2025 en 2026 zijn:
- € 12.000 voor de eerste keer
- € 8.000 voor de tweede keer
- € 4.000 voor de derde keer
Let op: deze aftrek kan nooit hoger zijn dan je winst.
Tip:
Heb je nog geen beeld van je totale aftrekposten als ondernemer? Download de gratis checklist met hierin 14 aftrekposten voor ondernemers.
Hoe hoog is de startersaftrek?
Het bedrag is al jaren hetzelfde: € 2.123, zowel in 2025 als 2026. Geen inflatiecorrectie, geen verrassingen. Lekker overzichtelijk dus.
Deze aftrek komt bovenop de zelfstandigenaftrek, waardoor je totale ondernemersaftrek in 2025 en 2026 er zo uitziet:
- 2025: zelfstandigenaftrek € 2.470 + startersaftrek € 2.123 = € 4.593 totaal
- 2026: zelfstandigenaftrek € 1.200 + startersaftrek € 2.123 = € 3.323 totaal
Dat is een behoorlijk verschil met eerdere jaren, vooral omdat de zelfstandigenaftrek nog steeds wordt afgebouwd om de belastingdruk tussen ondernemers en werknemers gelijker te trekken. Maar goed nieuws: de arbeidskorting gaat tegelijk omhoog, waardoor veel ondernemers er netto weinig van merken.
Voorbeeldberekening:
Stel: je maakt in 2026 € 40.000 winst. Dan ziet je berekening er globaal zo uit:
- Winst: € 40.000
- Zelfstandigenaftrek: – € 1.200
- Startersaftrek: – € 2.123
- Overgebleven winst: € 36.677
- MKB-winstvrijstelling (12,7%): – € 4.654
- Belastbare winst: € 32.023
Over dat bedrag betaal je vervolgens inkomstenbelasting. Hoeveel precies hangt af van je heffingskortingen, maar één ding is zeker: zonder startersaftrek zou je meer afdragen.
Tip: De startersaftrek kan je winst niet verder verlagen dan tot nul. Het werkt hetzelfde als bij de zelfstandigenaftrek: gebruik je ‘m niet volledig, dan blijft het restant staan voor een volgend jaar. Omdat je de startersaftrek maar drie keer in vijf jaar mag toepassen, is het soms slimmer om ‘m niet meteen in een mager jaar op te eten. Heb je een jaar met meer winst voor de boeg? Dan levert de volledige aftrek je vaak meer belastingvoordeel op.
- Jeroen
- Head of Finance
Hoe werkt de toepassing in de aangifte?
Je hoeft de startersaftrek niet ergens aan te vragen met een speciaal formulier of bij de Belastingdienst aan te kloppen alsof je korting komt halen. Je vult gewoon je aangifte inkomstenbelasting in en de Belastingdienst rekent automatisch mee, zolang je aan alle voorwaarden voldoet. Maar… alleen als jij op de juiste plek het juiste vinkje zet.
Zo werkt het in de praktijk:
1. Check of je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting
Niet elke ondernemer is voor de Belastingdienst automatisch ‘ondernemer’. De fiscus kijkt onder andere naar je zelfstandigheid, continuïteit, winstverwachting en ondernemersrisico.
Twijfel je? De Belastingdienst heeft hiervoor de OndernemersCheck op hun website.
2. Voldoe je aan het urencriterium?
Je moet aantoonbaar 1.225 uur in je onderneming werken. Ja, dat is echt veel. En nee, dat voelt het eerste jaar meestal nog meer. Zonder urencriterium geen zelfstandigenaftrek. En dus ook geen startersaftrek.
3. Invullen bij het onderdeel ‘Ondernemersaftrek’ in je aangifte
In de online aangifte kom je vanzelf bij het onderdeel ondernemersaftrek. Daar geef je aan dat je voldoet aan het urencriterium en dus recht hebt op zelfstandigenaftrek. Vink je dat aan, dan checkt de Belastingdienst automatisch of je óók recht hebt op startersaftrek. Je hoeft ‘m dus niet zelf in te typen of aan te melden. De software doet het werk, maar jij moet de juiste informatie aanleveren.
4. Bewijs bewaren
Je hoeft je urenregistratie niet mee te sturen, maar bewaar hem wél. De Belastingdienst mag tot zeven jaar terug vragen om bewijs. Een kladblok met “maandag: beetje gewerkt” is meestal niet overtuigend.
Tip: Gebruik een eenvoudige tool, spreadsheet of agenda om je uren bij te houden. Het maakt je ondernemersleven én je belastingaangifte een stuk rustiger.
- Jeroen
- Head of Finance
Praktische tips en aandachtspunten
De startersaftrek is een fijne fiscale bonus, maar alleen als je ’m goed gebruikt. Hieronder vind je de belangrijkste aandachtspunten zodat je niet per ongeluk voordeel laat liggen of onnodig in de knoop komt met je aangifte.
Zorg dat je het urencriterium haalt (1.225 uur)
Het urencriterium is voor veel startende ondernemers dé bottleneck. Je moet zo’n 24 uur per week aan je bedrijf besteden. Dat is inclusief administratie, marketing, klantgesprekken, reistijd, voorbereiding, leren en zelfs netwerken. Toch mislukt het vaak doordat ondernemers hun uren niet bijhouden.
Houd bij hoe vaak je de startersaftrek hebt gebruikt
Je mag de aftrek maximaal drie keer toepassen in de eerste vijf jaar dat je ondernemer bent. Ben je enthousiast en zet je ieder jaar braaf het vinkje aan? Prima, maar na drie keer is de pot leeg. Zorg dus dat je weet in welke jaren je de aftrek al hebt toegepast.
Werk je in een vof of maatschap? Check of jij persoonlijk voldoet
In een vof of maatschap wordt vaak gedacht dat de startersaftrek per bedrijf geldt. Niet dus. Elke vennoot moet persoonlijk voldoen aan:
- het urencriterium;
- het starter-zijn;
- en het aantal eerdere toepassingen.
De één kan er dus recht op hebben en de ander niet.
Aftrek is hoger dan je winst? Dan ontstaat er verlies
Maak je weinig winst of draai je dat jaar zelfs verlies? Dan kunnen de zelfstandigenaftrek en startersaftrek je winst verder omlaag trekken. Slechte zaak? Nee hoor. Dat verlies mag je gebruiken voor verrekening met eerdere jaren (carry back) of toekomstige winst (carry forward). Zo haal je alsnog voordeel uit je aftrekposten, alleen iets later.
Houd wijzigingen in de wetgeving in de gaten
De zelfstandigenaftrek wordt de komende jaren verder afgebouwd. De startersaftrek blijft vooralsnog gelijk, maar het totaalplaatje verandert wel. Een jaarlijkse check rond januari voorkomt verrassingen tijdens de aangifte.
Wist je dat…?
Veel ondernemers schrikken van een lagere zelfstandigenaftrek? Gelukkig valt het netto effect door de hogere arbeidskorting en lage eerste belastingschijf vaak mee.
Conclusie: startersaftrek is je fiscale opstapje als ondernemer
De startersaftrek is misschien geen cadeaubon die je ontvangt bij je inschrijving bij de KvK, maar het komt er financieel aardig bij in de buurt. Het verlaagt je belastbare winst, maakt je eerste jaren als ondernemer een stuk vriendelijker voor je portemonnee en zorgt ervoor dat je meer van je verdiende euro’s zelf houdt. Voldoe je aan het urencriterium en de voorwaarden van de Belastingdienst, dan pakt de aangifte inkomstenbelasting deze aftrekpost vrijwel vanzelf mee.
Hoe beter je snapt hoe het werkt, hoe slimmer je keuzes worden. En slimme keuzes zorgen voor rust, overzicht en ruimte om te bouwen aan wat je eigenlijk het liefste doet: ondernemen. Wil je naast je fiscale voordeel ook investeren in groei, een extra buffer of simpelweg wat lucht in je cashflow? Bekijk dan hoe een zakelijke lening of zakelijk krediet van BridgeFund je kan helpen om je plannen sneller werkelijkheid te maken.
Veelgestelde vragen
Dit is een extra aftrekpost voor startende ondernemers. Het is een verhoging van de zelfstandigenaftrek en verlaagt je belastbare winst, waardoor je minder inkomstenbelasting betaalt.
Iedere natuurlijke persoon (zoals een eenmanszaak, vof, maatschap of nv) die ondernemer is voor de inkomstenbelasting, voldoet aan het urencriterium én voldoet aan de starterseisen van de Belastingdienst.
Maximaal drie keer binnen de eerste vijf jaar dat je ondernemer bent. Daarna vervalt het recht.
Je moet in een kalenderjaar minimaal 1.225 uur aan je onderneming besteden. Voor arbeidsongeschikte ondernemers geldt een verlaagd criterium van 800 uur per jaar.
Ja, maar elke vennoot moet afzonderlijk voldoen aan alle voorwaarden, inclusief het urencriterium. Het voordeel geldt dus niet automatisch voor alle vennoten.
Nee. Dit geldt alleen voor ondernemers die natuuurlijke personen zijn en inkomstenbelasting betalen. Een bv valt onder de vennootschapsbelasting en heeft andere regels.
Dan ontstaat er een verlies dat je mag verrekenen met inkomsten uit arbeid, woning of toekomstige winst. Je aftrekposten gaan dus niet verloren.